Om het principe van open en gesloten vragen te oefenen kan je de deelnemers vragen laten stellen aan de trainingsacteur. Die zal bij open vragen veel vertellen en bij gesloten vragen niet meer dan ja of nee.

Hiermee oefenen de deelnemers in het leren onderscheiden van de beide soorten en het helpt hen na te denken over wat ze willen weten, hoe ze een vraag formuleren en wanneer een open of juist een gesloten vraag zinvol is.

Beide soorten vragen zijn waardevol, de momenten waarop je de een of ander toepast zijn verschillen. Wil je concrete informatie dan kan een open veel verwarrender werken, dan wanneer je met een gesloten vraag naar feiten informeert.

Veel plezier in je samenwerking!